Typisch voor aquarel is het behoud van de transparantie van je lagen. Het wit van je papier en de onderliggende lagen bepalen mee de transparantie van je werk. Een belangrijke vaardigheid is de verhouding verf/water want deze bepaalt de tonaliteit van je laag die je aanbrengt. Meerdere lagen over elkaar zullen ook de tonaliteit bepalen.
Ik zie vaak aquarelschilderijen waarvan alle elementen dezelfde tonaliteit hebben. Deze komen flets of vaag over. Contrast is een belangrijk kenmerk van een geslaagd werk. Het komt ook voor dat men te weinig water gebruikt en aquarelverf eerder gaat toepassen zoals acrylverf. Dan zal je de transparantie en lichtheid in je werk verliezen.
Oefen maar even met deze video.